Beauty, 26 pond.                                          De laatste keer, 35 pond.
 
In de zomer van 1999 kreeg ik via een vriend, die ik in Hengelo had leren kennen, de kans om in Enschede achter een bedrijf gelegen aan het Twentekanaal een vaste stek te krijgen. Dit geluk had ik ook al in Hengelo gehad om via een bedrijf aan het kanaal te mogen vissen. In Hengelo was zoals je hebt kunnen lezen in mijn andere verhaal de room er een beetje af. In het jaar 2000 heb ik Hengelo dan ook, met toch wel een beetje pijn in mijn hart, gelaten voor wat het was en heb er sinds de dag van vandaag nooit meer gevist.
[www.carptracker.nl/]
De vervolg strategie voor het voorjaar 2000 kon dan ook gesmeed worden samen met Vincent, mijn maat die toen nog viste maar er later wegens tijdgebrek mee ophield. Jammer maar helaas.
Een van de vele vissen die in het najaar van 1999 op de wal belanden. Dergelijke exemplaren waren in Hengelo een zeldenheid. De strategische voercampagne met daarbij behorende aaskeus hadden hun werk goed gedaan.
De vanger was toen  overigens ook op topgewicht ;)
 
Vincent, hij spendeerde destijds elk vrij uurtje om de karper aan de schubben te komen. Zo van zijn werk rechtstreeks naar het kanaal. Dit had tot gevolg dat hij "De Directeur" werd genoemd.
Waarom moge duidelijk zijn.
Daar sta je de dan met je goede gedrag. En hoe verder nu? Het lijkt wel of je wereld ineenstort op dat moment.
Jarenlang heb je de karper met respect behandelt en nu was het de vraag wat er met ze geworden is. Die vraag werd in 2004 beantwoord.

Toevallig was ik die avond dat het gebeurde niet aan het kanaal, achteraf gezien misschien maar goed ook. Ik werd door een maat gebeld of ik wel wist wat er gaande was bij de Vredestein. Ben er zo spoedig mogelijk heengereden maar had geen schijn van kans om bij de stek te komen. Alle wegen rondom waren afgesloten en werd er door de politie ambtenaren niet meer doorgelaten. Toen het bedrijfsterrein vanwaar ik toegang heb tot mijn stek weer bereikbaar was en de chaos op het terrein gezien had, heb ik maar besloten om het seizoen 2003 te laten voor het was. De wind schijnt er overheen gewaaid te hebben, alle rubber en roet achterlatend. Het was een zooitje van jewelste.
Artikel uit een plaatselijke krant:

"
Brand Vredestein
Bij bandenfabrikant Vredestein in Enschede brak op 22 augustus 2003 een hevige brand uit. Het gebruikte bluswater kwam terecht in het Twentekanaal, dat daardoor sterk vervuild is.
Deze verontreiniging van het Twentekanaal is de grootste milieuramp sinds de ramp bij chemiebedrijf Sandoz in het Zwitserse Basel 17 jaar geleden. Dat zegt milieudeskundige professor Reijnders van de Universiteit van Amsterdam. Volgens Reijnders is het Twentekanaal zo ernstig vervuild dat er nauwelijks nog leven in het water mogelijk is. Hij baseert zich op een lijst met chemische stoffen die in het Twentekanaal zijn aangetroffen na de brand bij Vredestein, eind augustus."
Langzaam maar zeker ging de winter voorbij, de zon begon alweer ietwat kracht te krijgen en er kon begonnen worden met de voercampagne. Dat seizoen heb ik wederom de sterren van de hemel gevangen en de daaropvolgende 2 jaren ook. Maar zoals bij het meeste in het leven komt aan alles een eind. In dit geval bedoel ik de karper in het kanaal, er gebeurde een ramp bij de Vredestein, recht tegenover mijn stek.
 
De nieuwe stek in Enschede is normaal niet bereikbaar, dus kon ik er naar hartelust mijn gang gaan
Er werd op dat gedeelte zo goed als niet gevist. Dat had ik voordat ik er begon regelmatig gecheckt.
In de overgangsfase had ik al eens proefgevist, zonder enige voorbereidingen, met een zéér mager resultaat. Zoals ik al had ingeschat bij de eerste bezichtiging van de nieuwe stek zou er wat moeten gebeuren om het aan het lopen te krijgen. Het najaar zat eraan te komen en dat was de kans om voordien eens enkele weken een stevige voercampagne te houden om onze nomadische vrienden op de plaats te houden en/of te doen retourneren naar al die lekkere hapjes die er opeens wekenlang voor hun klaar lagen. Hapjes die ze tijdens de voercampagne zonder enig gevaar konden opvreten, zonder dat er een van hun collega's met een haak in de bek en een bonkend stuk lood achter zich aansleurend het wijd gingen opzoeken.
Toen de winter 1999/2000 zich aankondigde en de tijd rijp was om het seizoen af te sluiten hadden mijn vismaat en ik een serie grote vissen op het droge gelegt die ik in Hengelo in al die jaren niet bij elkaar had gezien.
     Door de aaneensluitende bedrijven zijn alleen de kade en het einde van de zijtak via de wal bereikbaar.
Beauty had een speciale voorkeur voor mijn aas,. Elk jaar kwam ze op gezette tijden retour om zich er goed aan te doen en heb haar tot aan de Vredesteinramp zien groeien van 23 naar de laatste keer 35 pond. Met mijn aas is dus niets mis mee naar blijkt. Mijn gevoel zegt dat haar dat noodlottig is geworden, ze bleef rondom mijn stek hangen en heeft denk ik de volle lading zwaar vergiftigd bluswater over zich heengekregen die in het kanaal belande. Sinds het rampjaar heb ik haar niet weergevangen


Het voorjaar van 2004.

Het kanaal zag er dood uit maar heb desondanks enige tijd gevoerd om te gaan vissen. Zou die professor Reinders gelijk krijgen, volgens hem was er immers geen leven meer mogelijk in het kanaal.
Inmiddels kan ik daar een antwoord op geven. Wat ik toen gezien heb zal me de rest van mijn leven bij blijven. Deze horrorbeelden zitten vast in mijn geheugen gegroeft.
Enkele karpers heb ik toen gevangen, op het moment van schrijven krijg ik het er bijna weer niet goed van, ze zagen eruit als zombies. De onderbuiken, met name rondom de anus, waren heftig aangetast. De laatste vis die ik ving liet stukken vlees los die eruitzagen als kippenlevertjes en kon zo de ingewanden in kijken. Mijn onthakingsmat zag eruit alsof er net een karper op geslacht was. Gruwelijk. Dat deze vis ueberhaupt nog in staat was om te azen vraag ik me nu nog steeds af. Wat was ik woedend, dit wou ik niet meemaken, dit kon ik niet aan aan, mijn hart was verscheurt.
Op dat moment schoot me een interview van een regionale TV zender met de directeur van de Vredestein, betreffende de brand, door het hoofd. Staande op de plek des onheils, met op de achtergrond mijn stek, gaf de man laks aan dat de hallen die verbrand waren toch al aan vervanging toe waren............   De EIKEL !
Heb mijn spullen ingepakt en ben met een onbeschrijvelijke pijn in het hart naar huis gegaan om mijn hengels voor langere tijd op te bergen. De enkele karpers die ik toen gevangen heb zouden het zeker niet overleven gezien de toestand waar ze in verkeerden. En wat was er misschien allemaal al wel niet doodgegaan, de ramp had zich immers al ruim een half jaar van tevoren voltrokken.



De nieuwsberichten die na de brand op gang kwamen logen er niet om. Drinkwaterbedrijf Vitens moest onmiddelijk de inname van het drinkwater stoppen, de sluis  Hengelo werd 22-Aug-2003 gesloten (enkele schepen hebben maandenlang vastgelegen in de haven van Enschede), de roeiverenigingen moesten alle activiteiten staken, het kanaal werd totaal stilgelegt. De mannen met de witte pakken en rubberhandschoenen tot aan de ellebogen verschenen op het toneel om elke paar uur watermonsters te nemen. Dit beloofde niet veel goeds voor onze onderwater vrienden. Iets waar ik me de rest van het jaar tot aan het nieuwe visseizoen  2004 ernstige zorgen om maakte.
Ruim 600 van onze gezamelijke vrienden hadden tot aan de ramp op mijn onthakingsmat gelegen, inclusief de hele top aan karper wat er rond zwom. Wat zou er met ze gebeurd zijn denk je dan achteraf. Herinneringen te over. De vraag is of ze nu allemaal het loodje hebben gelegt of misschien kilometers verderop hun heenkomen hebben gezocht waar de gifconcentratie in het water misschien minder was en de ramp hebben overleeft? De honkvaste vissen en de vissen die gedeeltelijk honkvast waren geworden door mijn continue aanbod van voer zullen het loodje wel gelegt hebben. Op een enkeling na heb ik ze tot op heden niet terug gezien. 
Het jaar 2004 heb ik verder ook maar gelaten voor wat het was, de motivatie was weg, de angst om nog eens zwaar verminkte karpers op de mat te krijgen was te groot. Inmiddels waren ook de schoonmaak werkzaamheden begonnen. Het stuk kanaal, vanaf de Lonnekerbrug tot aan het einde van het draaipunt is tot 2 keer toe uitgebaggerd. Beter gezegt, de bodem werd afgezogen met gigantische stofzuigers door de Fa Piel, ja je leest het goed, Piel.
Hierna werd de sluis Hengelo op 03-Mei-2004, na ruim 8 maanden gesloten te zijn geweest, weer geopend. Het sterk verontreinigde water heeft al die tijd zijn werk kunnen doen. Dit was de grootste fout die Rijkswaterstaat gemaakt heeft. De scheepvaart kwam weer op gang en er kwam, wat volgens mij het belangrijkste was, weer stroming in het water omdat de watertoevoer uit de beekjes, sloten en regenwaterafvoer ook weer toegang tot het kanaal kregen.

Ter afsluiting aangaande de brand bij Vredestein nog even de volgende "broek afzakker" uit een plaatselijke krant, drie jaar na de ramp, lees en oordeel zelf :

Ongezond watermilieu oorzaak zieke vissen Twentekanaal

6 nov. 2006.  De ziekteverschijnselen bij vissen in het Twentekanaal worden niet veroorzaakt door giftige stoffen, maar door een ongezond watermilieu in de haven van Enschede. Er bestaat geen direct gevaar voor de volksgezondheid.
Dat blijkt uit onderzoek dat is uitgevoerd in opdracht van Rijkswaterstaat. Aanleiding vormde de vangst van meerdere zieke vissen, afgelopen zomer, door sportvissers. Het ging voornamelijk om 'witvis', brasems, met uitwendige slijmvorming en abcessen.

Bron: Tubantia (6 nov 2006)
Vismaat Dave Haasewinkel , Twentekanaal karpervisser in wording met een van zijn gevangen kanaal vissen.Hij vergezelt me sinds Juli 2008.
Het jaar 2005 - heden.

Zoals te verwachten waren na alle ellende op het kanaal deze jaren niet de besten. De vangsten zijn drastisch teruggelopen en ik ving nog steeds zieke en verminkte karpers.
Als ik terugkijk naar de resultaten van voor en na de ramp zijn de vangsten teruggelopen tot wel 60 procent in vergelijking met voorheen. Of dit nu ook betekent dat 60 procent het loodje heeft gelegt ?

Een ding is zeker, er heeft zich een nieuwe lichting karper op mijn voer gestort. In 2008 vingen mijn vismaat en ik vissen van een ongekende gaafheid. Zo gaaf had ik ze zelden of nooit gezien op het kanaal, het was net of ze nieuwgeboren, op goed gewicht, zich melden op mijn stek om de klaarliggende hapjes te verorberen. De bekken waren eveneens van een ongekende gaafheid, alsof ze nog nooit van tevoren een haak hadden gezien. Weer stof tot nadenken.
Als je deze 2 foto's bekijkt van de weinige in 2008 gevangen karpers zou je zeggen dat er nooit een ramp gebeurd zou zijn in het kanaal. De verrassing was dan ook bijzonder groot en heeft me na al die jaren toch weer wat nieuws geleerd. Dit moeten honkvaste vissen zijn geweest van een minder druk bevist stuk kanaal, ver weg van het sterk vergiftigde water. Ze hebben het hele gebeuren ongeschonden overleefd en hebben de nu minder druk bezette plaatsen gevonden (overgenomen?). De honkvaste vissen rondom mijn stek waren er immers niet meer, daar heeft een groot gedeelte het loodje van gelegt. Hierarchie?
Binnenkort zullen we zien of we nog meer van deze uiterst gave exemplaren kunnen vangen. Daarmee zullen voor mij nog vele vragen beantwoord kunnen worden, waar ik nu nog mee zit. Afwachten maar.
Het is inmiddels Maart 2009 en de voorbereidingen voor het nieuwe seizoen zijn in volle gang. De watertemperatuur krijgt waarden, die het eerste voorzichtige voeren al weer toelaten.

We zullen zien, sta al te trappelen van ongeduld.
Heb je zelf leuke vangstmeldingen of ander nieuws ? Kom dan in het Karper-Forum: Klik hier:  http://www.karper-forum-online.nl